BRAHMS LIEDEREN

JOHANNES BRAHMS (1833-1897)

Praeludium und Fuge g-moll, WoO 10 

Lieder und Gesänge, op. 32

Praeludium a-moll, WoO 9

uit Elf Choralvorspiele, Opus posth. 122

– ‘Herzlich tut mich erfreuen’ (4)

– ‘Herzlich tut mich verlangen’ (10)

Fuga a-moll, WoO 9

Vier ernste Gesänge, op. 121

De bas-bariton Joep van Geffen (1977) studeerde zang aan het ArtEZ Conservatorium van Arnhem bij Harry van Berne. Hij volgde masterclasses bij Michael Chance, Beryl Forster, David Wilson-Johnson en Carolyn Watkinson. Daarna studeerde hij aan de Messiaen Academie, waar hij lessen volgde bij Harry van Berne, Harry van der Kamp en Elena Vink.

Zijn repertoire beslaat de gehele periode van vroegbarok tot hedendaagse muziek. De afgelopen jaren vertolkte Joep van Geffen diverse rollen in opera’s van Mozart, Pergolesi, Donizetti, Barber en Bernstein en werkte hij als bassolist in het oratoriumrepertoire met dirigenten als Klaas Stok, Etienne Siebens en Paul McCreesh. Joep soleerde in diverse cantates van Johann Sebastian Bach en ook in diens Johannes en Matthäus Passion, Magnificat, Hohe Messe en Weihnachts-Oratorium. Als liedzanger zong hij met pianist Mark Toxopeus onder meer Schuberts Winterreise.

Sinds september 2008 is Joep van Geffen verbonden aan het Groot Omroepkoor te Hilversum. Daarnaast werkt hij ook als freelancer bij het Nederlands Kamerkoor, Cappella Amsterdam, Amsterdam Baroque Choir en de Nederlandse Bachvereniging.

Cees- Willem van Vliet (1980) studeerde orgel en kerkmuziek bij Jan Raas en Reitze Smits aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht en behaalde met grootste onderscheiding zijn masterexamens orgel aan het Koninklijk Conservatorium Antwerpen, waar hij studeerde bij Joris Verdin. Hij behaalde aan hetzelfde instituut ook zijn meestergraad koordirectie bij Luc Anthonis en studeerde klavecimbel bij Ewald Demeyere. Daarnaast studeerde hij enige jaren theologie aan de universiteiten van Utrecht en Leiden.

Hij werkte jarenlang als kerkmusicus met mensen met een verstandelijke beperking en deed onderzoek naar kerkmuziek, liturgie en sociale integratie. Zijn veelzijdige praktijk met koren en instrumentalisten, vieringen en concerten was zondermeer uniek te noemen. Een weergave van die praktijk vond zijn beslag in een tweetal CD opnames (‘Elke zondag is een feest’ met de verschillende koren van de instelling en ‘Noorderlicht’ met hoboïst Theo-Hans Kuyvenhoven).

Sinds 2012 is Cees-Willem cantor-organist van de Bergkerk in Amersfoort. Naast de wekelijkse vieringen waarin hij de Bergkerkcantorij dirigeert of de orgels van de Bergkerk bespeelt, zette hij daar de serie ‘Muziek op de Berg’ in de steigers, waarin zowel oude muziek in historische setting wordt als ook nadrukkelijk aandacht is voor nieuwe muziek en liturgisch en kerkmuzikaal experiment. Per 1 mei 2014 is hij tevens organist van de Lutherse Kerk in Amersfoort, waar hij mee vormgeeft aan de zoektocht naar nieuwe vormen van kerk zijn en het vieren van liturgie.

Naast zijn werkzaamheden als kerkmusicus geeft Cees-Willem concerten als organist en klavecinist en is hij een veelgevraagd begeleider van de meest uiteenlopende koren en solisten. Hij geeft ook lezingen en workshops over kerkmuziek, liturgie en sociale integratie en schrijft columns voor het tijdschrift ‘Muziek & Liturgie’. Hij is dirigent van Gemengde Zangvereniging Vriendschap in Berkenwoude, Projectkoor Intermezzo in Nieuwerkerk aan den IJssel en mede-oprichter en dirigent van het Nieuw Krimpenerwaards Kinderkoor.

In zijn werk als musicus heeft hij een grote voorliefde voor het uitvoeren van nieuw repertoire en het plaatsen van oude muziek in de originele context. De eerste liefde leidde onder andere tot het verzorgen van prijswinnende premières in Kortrijk (B) en Kampen (NL), het laatste in een tweetal bijzondere reconstructies van Noord-Duitse orgelvespers en een viering van het Middeleeuwse feest van Martinus Translatie, een vaardigheid die hij ook in het kader van de serie Muziek op de Berg weer ter hand heeft genomen.